De Sulawesi garnalen

{flike}

Bron: Maandblad van De Natuur in Huis, Zwijndrecht

Ondertussen zijn er al heel wat bekend gemaakt. De ene is al wat makkelijker te houden / kweken als de ander, wat niet wegneemt dat ze allen even gevoelig als dat ze mooi zijn. Het is zeker geen gemakkelijke garnaal en absoluut geen beginnersgarnaal. De studie rond deze garnalen is nog steeds volop bezig, elke dag worden er nog ontdekkingen gedaan. In 2008 werden ze voor het eerst geïmporteerd en sinds september 2009 hebben de meesten eindelijk een wetenschappelijke naam. De meesten van deze prachtige garnalen zijn afkomstig van het Matano meer, Posomeer, Towutimeer en sommigen van het Malili meer.

Algemene waterwaarden voor in het aquarium (hierover zijn de meningen verdeeld): Temperatuur: 26 a 27 °C, pH: 7.5-8, KH: 6, GH: ca. 10, NO3: zo laag mogelijk (liefst 0), NO2: 0, PO4: zo laag mogelijk. Een donkere bodem en erg weinig licht prefereren ze. Ook stenen zijn erg belangrijk, daar deze hun schuilplaatsen zijn. Lavasteen of Seiryu steen zijn hier uitstekend voor. Hout is ook een optie. Over de aquariumgrootte zijn de meesten het eens: 60 cm bakje, omdat het stabieler is dan een nanobak.

Een prachtige garnaal, waar aan je echter niet al te veel zult aan hebben qua gedrag. Ze zijn erg schuw en weinig actief, waardoor ze zich dus maar bitter weinig laten zien. Ze zijn extreem stressgevoelig, wat problemen kan geven bij de vervelling. Je mag verschillende soorten samenhouden, maar men raadt wel aan garnaaltjes uit hetzelfde meer samen te huizen. De eerste generatie die je in je bakje hebt zal hel erg schuw zijn. Maar bij de na kweek merk je dat dat al wat minder is.

Omdat Sulawesi-garnalen in een voedingsarm watergebied leven en veel kleiner zijn, wordt er gedacht dat zij een ander dieet nodig hebben dan andere garnalen. Vooral de harlekijn schijnt erg kieskeurig te zijn met zijn avondeten en komt ook in zijn natuurlijke habitat alleen voor op één bepaalde plek waar ook de sponsen zijn gesignaleerd. Hij schijnt van de spons zelf niet te eten, maar wel de organismen die de spons vangt. Ze worden vaak gevonden op de sponsfilter of op hout dat al erg lang in de bak staat, plaatsen waar veel voedsel te vinden is.

Voedsel dat goed wordt ontvangen is o.a. mosura stripjes, spirulina vlokkken, spirulina tabs, algtabletten voor meervallen (in hele kleine stukjes), shrimp wafer van Ocean Nutrition. Onthoud verder dat Sulawesigarnalen véél minder eten dan de gewone garnalen, dus 3x per week is meer dan voldoende. Wat ze niet op krijgen, haal je er best uit zodat het niet slecht wordt.